Stichting Zilte Zones geeft kijkje in de keuken

Stichting Zilte Zones geeft kijkje in de keuken

Wat wordt er onderzocht in Polder Wassenaar en hoe kan dat onderzoek bijdragen aan de inzet van verzilte gronden in Noord-Nederland in de toekomst? Het antwoord op die vragen stond centraal op de bijeenkomst die Stichting Zilte Zones (SZZ) donderdag organiseerde in het Eierlandsche Huis.
De stichting is onafhankelijk en stimuleert en faciliteert onderzoek naar mariene aquacultuur. Partners, lokale politici, pers en andere geïnteresseerden luisterden geboeid naar de uiteenzetting van SZZ-voorzitter Bob Verburg die benadrukte dat meer onderzoek noodzakelijk is om erachter te komen onder welke condities teelt van gebiedseigen soorten, onder meer kokkels, garnalen en zeewier, mogelijk is op verzilte grond. Door klimaatveranderingen en stijging van de zeespiegel dreigt verzilting van landbouwgrond rond de Waddenzee waardoor die onbruikbaar wordt voor het verbouwen van traditionele landbouwgewassen. Mariene aquacultuur zou voor deze gebieden een uitkomst kunnen bieden, alsook voor vissers die hun mogelijkheden in de Waddenzee steeds verder ingeperkt zien.

SZZ-voorzitter Bob Verburg.

Nieuwe economische bedrijfstak

Verburg refereerde aan het bezoek van Koning Willem-Alexander en Koningin Maxima aan de Waddeneilanden dat in het teken stond van de leefbaarheid op de eilanden en waarin o.a. toekomstbestendig ondernemen als een van de uitdagende aandachtspunten werd genoemd. ‘Stichting Zilte Zones heeft zich de afgelopen jaren ingezet voor de ontwikkeling van mariene aquacultuur als nieuwe economische bedrijfstak, naast toerisme, landbouw en veeteelt, gecombineerd met en parallel aan het versterken van de ecologie van de Waddenzee’, aldus Verburg. ‘Het onderzoek in Polder Wassenaar is erop gericht om elders in het Waddengebied te kunnen opschalen naar commerciële toepassingen van mariene aquacultuur. We willen kansen creëren in en voor Noord-Nederland. Uit recente studie blijkt dat mogelijk zo’n 20.000 hectare landbouwgrond, die nu nog wordt gebruikt voor akkerbouw en veeteelt, bedreigd wordt door verzilting. Dat heeft gevolgen voor de voedselproductie. Mariene aquacultuur biedt een alternatief om dit areaal beschikbaar te houden voor de voedselproductie en kan bijdragen aan de beoogde eiwittransitie.’ Verburg haalde ook recente rapporten aan waaruit blijkt dat zilte teelten op land kansrijk zijn in Noord-Nederland, maar dat daarvoor niet alleen een goede samenwerking tussen de sectoren nodig is, maar ook een stimulerende overheid, die ruimte en mogelijkheden biedt om experimenten zoals in Polder Wassenaar mogelijk blijft maken.

Unieke locatie

De onderzoeklocatie is gesitueerd in Polder Wassenaar, een natuurgebied in de noordpunt van Texel dat eigendom is van Staatsbosbeheer (SBB). In 2016 stelde Staatsbosbeheer een klein deel van de polder beschikbaar voor de inrichting van een buitenlaboratorium waar kleinschalige proeven en onderzoek naar de optimale omstandigheden van zilte teelt kon plaatsvinden. De benodigde vergunningen werden door provincie en gemeente voor tien jaar afgegeven. Na die periode wordt het buitenlab ontmanteld en wordt de hele polder heringericht tot zilt natuurgebied, waarin de getijdewerking de vorm bepaalt. Het wordt een kweldergebied met een geleidelijke overgang van zilt naar zoet water. Volgens boswachter Thomas van der Es ontstaat hierdoor een uniek gebied met een hoge natuurwaarde dat nog aantrekkelijker wordt als broed- en foerageergebied voor veel vogelsoorten en zeldzame vegetatie zal gaan opleveren. Staatsbosbeheer onderkent het belang van de zilte proeven in de raceways, maar wil na afloop van de afgesproken termijn snel met de herinrichting aan de slag.

Verburg gaf aan dat het gedwongen vertrek uit de polder niet het einde van de stichting betekent. ‘We hebben de ambitie om door te gaan, want het is essentieel dat er een vergelijkbare locatie als Polder Wassenaar ergens in Noord-Nederland beschikbaar komt. Natuurlijk vinden we het jammer dat we dan Texel moeten verlaten, maar het is voor Texel jammer dat de economische kansen dan deels aan het eiland voorbijgaan. Wel zal de herinnering blijven, omdat de grondleggers voor de mariene aquacultuur in Noord-Nederland zijn gestart op Texel. Verder pleit de stichting voor substantiële aandacht voor de mariene aquacultuur in het hoger onderwijs. ‘Het is van belang om ergens in de Waddenregio te komen tot een kenniscentrum voor de mariene aquacultuur.’

2000 kilo kokkels werden in de raceways uitgezet.

Meer onderzoek

Dat meer onderzoek nodig is bepleitte ook Andre Seinen, visserij-ondernemer in Harlingen met een gemengd agrarisch-aquabedrijf die zich al jaren bezighoudt met de mogelijkheden van kokkelteelt op verzilte grond. Hij is vanaf het begin betrokken bij Polder Wassenaar. Seinen, die ook zelf kokkelschepen heeft varen, ziet potentie voor de kokkelteelt. ‘In de natuur hebben we de afgelopen jaren te maken gehad met massale kokkelsterfte op het wad. In de polder gingen veel minder kokkels dood. Met de proeven kunnen we kijken hoe wij het beter kunnen doen dan de natuur zelf.’ Wetenschapper Reinier Nauta van Wageningen Marine Research, die het lopende onderzoek in de polder leidt, vertelde wat er precies wordt onderzocht en hoe de onderzoekers te werk gaan. Grootste verschil met eerder onderzoek naar kokkels is de schaal waarop dit nu gebeurt. In 2016 werden proeven gedaan met zo’n 200 kokkels, nu is 2000 kilo kokkels over de raceways verdeeld en wordt ook gekeken naar de samenhang met zeewier en garnalen. Meer over het onderzoek is in eerdere berichten te lezen op deze website.

Ook kokkels en garnalen nu in de raceways

Ook kokkels en garnalen nu in de raceways

Nadat begin april het knoopwier in de raceways werd uitgezet, volgden deze week de kokkels en garnalen. Beide maken onderdeel uit van het kweekkringlooponderzoek in Polder Wassenaar. Daarin wordt onderzocht onder welke condities zeewier, garnalen en kokkels gecombineerd geteeld zouden kunnen worden in tussendijkse verzilte gebieden.

Het onderzoek, dat wordt geleid door Wageningen Marine Research, startte vorig jaar maart maar kampte met flinke aanloopproblemen door fysieke beperkingen in de raceways en een gebrek aan goed uitgangsmateriaal. Door de hitte op het wad was er in 2022 weinig kokkelbroed beschikbaar. Ook de aanvoer van geschikte (ondermaatse) garnalen bleek lastig. Dankzij de medewerking van kokkelvissers in Harlingen en garnalenvissers in Den Oever kon nu voldoende geschikt materiaal worden verkregen.

Een kleine 2000 kilo aan kokkels werd donderdag verspreid over de diepste raceways van het buitenlab in de polder en een dag later zo’n 46 kilo ondermaatse garnalen. Van zowel kokkels als garnalen werden monsters genomen en werden de aantallen per kilo geteld, zodat de dichtheid in de raceways exact kan worden bepaald op basis van het verspreide aantal kilo’s.

Vanaf volgende week start de monitoring en wordt duidelijk hoe de kweekcomponenten zich gaan ontwikkelen en welk percentage van de uitgezette garnalen en kokkels de ‘verhuizing’ heeft overleefd.

Knoopwier uitgezet in raceways Polder Wassenaar

Knoopwier uitgezet in raceways Polder Wassenaar

Afgelopen week werd in de raceways van Polder Wassenaar knoopwier uitgezet, waarmee de tweede fase van het kweekkringlooponderzoek in de polder werd ingeluid. Onder leiding van Reinier Nauta (WMR) wordt onderzocht of en onder welke omstandigheden het mogelijk is om zeewier, garnalen en kokkels gecombineerd te telen in een tussendijks kustaquacultuur-systeem.

Het zeewier werd lokaal op het wad nabij Texel verzameld. Lang duurde die zoektocht niet: de gewenste wiersoort Gracilaria verrucosa was ruimschoots voorhanden. Met zout water werd het slib uit het verzamelde knoopwier gespoeld, waarna het in porties van 500 gram werd verdeeld over een aantal korven die werden uitgezet in de diepe raceways van de polder.

Volgende week worden de garnalen in de waterlopen van het buitenlaboratorium uitgezet en vermoedelijk ook de kokkels. Periodiek wordt vervolgens de groei van alle soorten gemeten.

Primeur

Volgens hoofdonderzoeker en zeewierspecialist Nauta is het de eerste keer in Nederland dat roodwier wordt gebruikt in een dergelijk kweekexperiment. Over de kweek van deze soort is in ons land nog weinig bekend. Meestal valt de keuze op bruin- of groenwier voor kweekprojecten. Het rode knoopwier is vooral bekend van de Agar-Agar dat ervan wordt gemaakt, een geleiachtig bindmiddel (vergelijkbaar met gelatine) dat veel in de keuken wordt gebruikt in bijvoorbeeld soepen en sauzen.

Hotspot Noordzee; voor welke activiteit is er straks nog ruimte?

Hotspot Noordzee; voor welke activiteit is er straks nog ruimte?

Wat is er straks nog mogelijk op de Noordzee? Voor welke doeleinden wordt de beperkte ruimte in de kustwateren ingezet? In haar Spatial Competition Forecast brengt onderzoeksbureau DNV in kaart welke sectoren tot 2050 naar verwachting de meeste blauwe ruimte zullen claimen. Het toenemende ruimtegebrek op zee ondersteunt het belang van meer onderzoek naar de mogelijkheden van mariene aquacultuur op verzilte kustgronden als alternatief voor vormen van visserij die straks mogelijk minder ruimte overhouden. In Polder Wassenaar op Texel faciliteert Stichting Zilte Zones dergelijk onderzoek en ondersteunt het pilotprojecten die de randvoorwaarden kunnen leveren voor succesvolle commerciële teelten van soorten in verzilte gebieden.

Tweede fase onderzoek geïntegreerde aquacultuur Polder Wassenaar gestart

Tweede fase onderzoek geïntegreerde aquacultuur Polder Wassenaar gestart

In Polder Wassenaar is de tweede fase gestart van het kringlooponderzoek naar de mogelijkheden om in één systeem zeewier, kokkels en garnalen te kweken; als voorbeeld voor alternatief landgebruik in laaggelegen verzilte kustgebieden. Hiervoor worden in de waterlopen (raceways) van de onderzoekslocatie de natuurlijke omstandigheden nagebootst door de inlaat van zout water vanuit de Waddenzee.

De officiële onderzoeksvraag luidt: Wat is de potentie van combinatieteelt van gebiedseigen soorten rond de Waddenzee in een tussendijks kustaquacultuur-systeem en hoe kan dit geoptimaliseerd worden? Onderzoekers van Wageningen Marine Research (WMR)  en ondernemers uit de visserijsector hebben hiervoor de handen ineengeslagen. Als het lukt om een blauwdruk te leveren voor een succesvolle kweekmethode van soorten die van nature in de Waddenzee leven, kan dat een doorbraak betekenen voor mariene aquacultuur in verzilte gebieden. Kustlanderijen die door verzilting ongeschikt raken voor traditionele landbouw kunnen dan worden ingezet voor zilte teelten.

Eerste onderzoeksjaar

Het onderzoek in Polder Wassenaar had de kick-off in maart 2022. Het eerste jaar stond vooral in het teken van voorproeven doen en de mogelijkheden van de proeflocatie ontdekken. De raceways werden in 2020 voor het laatst gebruikt en waren inmiddels behoorlijk verzoet. Een ander obstakel vormde het gebrek aan uitgangsmateriaal van vooral garnalen en kokkels. Het bleek lastig om ondermaatse garnalen in goede conditie aangeleverd te krijgen en er was afgelopen jaar weinig kokkelbroed beschikbaar voor in de raceways. Verder moest eerst worden uitgezocht welke soort zeewier geschikt zou zijn voor de proeven in de polder. De inzichten van het eerste jaar zijn verwerkt in het projectplan voor de tweede onderzoeksfase.

Aanpassen experimentopzet

Uit eerder onderzoek (Phillipart et al. 2020) bleek al dat kokkels zich kunnen ontwikkelen in de polder en dat een lage doorstroomsnelheid een positief effect had op de kokkelgroei, door de stimulatie van interne fytoplankton (alg: een voedselbron voor de kokkels) productie. Dit experiment werd echter uitgevoerd met lage kokkeldichtheden. Daarom ligt de focus van de tweede fase van het huidige project op de vertaalslag van deze kennis naar reële marktschaal en de interactie met de andere ingezette componenten (garnalen en zeewier) in het systeem.

Schoon schip

De raceways worden klaargemaakt voor
het nieuwe uitgangsmateriaal.

In de afgelopen weken werden de raceways weer opgeschoond en aangeharkt, zodat er nieuw uitgangsmateriaal in kan. De intentie is om in elke diepe raceway kokkels (300 per m2), zeewier (4 kg), en garnalen (25 per m2) uit te zetten, met tussen de raceways een variërend doorstromingsregime. Via een hevel wordt het zoute water uit de Waddenzee de raceways ingepompt en kan de werking van hoog- en laagwater worden nagebootst. De sluisjes bij de ingangen van de raceways worden op verschillende hoogtes gezet om zo te zorgen voor verschillende doorstromingen in de raceways. Uit eerdere testen bleek dat het zeewier Gracilaria verrucosa geschikt is voor kweek op de proeflocatie. Tot op heden is er  weinig bekend over de kweek van deze wiersoort in Nederland, maar WMR heeft al ervaring opgedaan met de groei/ontwikkeling van deze soort in andere projecten. Gracilaria wordt meestal niet direct gebruikt voor consumptie maar is wel interessant voor de Agar-Agar productie (een bind- en geleermiddel vergelijkbaar met gelatine). Voor de garnalen is gekozen voor de gewone/grijze garnaal, die in grote getallen voorkomt in de Noordzee. Het plan is om dit jaar de garnalen uit te zetten in de raceways met vergelijkbare dichtheid als in de natuur. Al met al kan er dit jaar onderzocht worden of combinatiekweek mogelijk is in het Polder Wassenaar-systeem en welke doorstroming daarbij optimaal is.

Samenwerking

Voor het tweede onderzoeksjaar paste hoofdonderzoeker en projectleider Reinier Nauta zijn onderzoeksteam aan. Het team van Wageningen Marine Research (WMR) wordt nu naast Nauta gevormd door Sander Glorius (gespecialiseerd in mosselbanken en bodemdieren), Martijn Keur (aquatisch ecoloog) en Enzo Kingma (benthos-onderzoeker). Met hulp van Kasper van Kraaij, beheerder van de onderzoekslocatie in Polder Wassenaar namens Stichting Zilte Zones, houden zij zich bezig met de bemonstering en monitoring van de ontwikkelingen in de raceways. Elke drie weken worden de kokkels en garnalen steekproefsgewijs gemeten (lengte van de garnalen en van de kokkels ook volume, vleescontent en biomassa) en wordt het zeewier vers gewogen. Eind 2023 vindt de eindmonitoring plaats, waarna de resultaten worden verwerkt en weer als uitgangspunt dienen voor het vervolgonderzoek in 2024.

Foto: Het consortium voor dit onderzoek bestaat uit de volgende projectpartners: Stichting Zilte Zones (exploitant Polder Wassenaar), Noordoogst Aquaponics (ontwikkelaar garnalenkweeksystemen), Meromar (verwatering en verhandelaar kokkels), SeaweedTech (ontwikkelaar zeewier kweeksysteem en leverancier uitgangsmateriaal), Wageningen Marine Research (onderzoek zeewieren, schaal-/schelpdieren en aquacultuur-concepten). Het onderzoek wordt financieel ondersteund door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, binnen de subsidieregeling Duurzame Visserij en Aquacultuur.