Geologie Waddengebied onderwerp eerste winterlezing Ecomare

Geologie Waddengebied onderwerp eerste winterlezing Ecomare

De klimaatverandering en de bijbehorende verwachte zeespiegelstijging kan van grote invloed worden voor het waddengebied. Wat staat ons te wachten? Zandplaten die niet meer droogvallen, kwelders die permanent onder water staan, warm zeewater waarin heel andere vissoorten zich thuis voelen? Ecomare organiseert in januari en februari drie lezingen waarin de toekomst van het Waddengebied centraal staat.

De eerste lezing op dinsdag 24 januari wordt verzorgd door dr. Ad van der Spek, marien geoloog bij Deltares. Hij gaat in op het verleden en de toekomst van de geologie van het Waddengebied. De twee volgende lezing zijn in februari:

7 februari: Prof. dr.i r. Katja Philippart, marien ecoloog bij het NIOZ, over de biologische/ecologische verwachtingen voor het Waddengebied

21 februari: Prof. dr. Jan van Gils, ecoloog en vogelonderzoeker bij het NIOZ, over de effecten van klimaatverandering op wadvogels

De lezingen beginnen om 20.00 uur in het restaurant van Ecomare. De entree bedraagt 5 euro per persoon, inclusief koffie of thee in de pauze. Aanmelden vooraf is niet nodig.

Internationale bescherming Waddenzee kan beter

Internationale bescherming Waddenzee kan beter

De trilaterale samenwerking tussen Nederland, Duitsland en Denemarken voor de bescherming van de Waddennatuur is toe aan een andere aanpak. Dat stelt Arjen Bosch, secretaris van de Raad van Advies Waddenzeehavens, in een opinieartikel in het Friesch Dagblad op initiatief van de Waddenacademie. Te vaak is de bescherming van de Waddenzee volgens Bosch een papieren werkelijkheid die de problemen niet oplost. Sinds de start in 1978 heeft deze internationale samenwerking veel goeds gebracht, maar het effect van de huidige werkwijze neemt steeds meer af.

Lees hier het volledige artikel.

#marieneaquacultuur #texel #waddenzee #polderwassenaar

Geïnteresseerd in het Waddengebied? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief

Eerste jaar onderzoek kweek-kringloop: learning by doing

Eerste jaar onderzoek kweek-kringloop: learning by doing

In maart 2022 was de kick-off van een nieuw onderzoeksproject in Polder Wassenaar op Texel: een kweek-kringloop met garnalen, kokkels en zeewier. Centrale vraag in dit onderzoek: is het mogelijk om binnen één systeem zeewier, kokkels en garnalen te kweken in verzilte gebieden? Hiervoor hebben onderzoekers en ondernemers de krachten gebundeld om een natuurgetrouwe kweekmethode te ontwikkelen, waarbij de natuurlijke omstandigheden worden nagebootst in Polder Wassenaar.

Het onderzoek wordt uitgevoerd door een onderzoeksteam van Wageningen University & Research (WUR), in samenwerking met Noordoogst Aquaponics, Meromar Seafoods en Seaweed Tech. Stichting Zilte Zones, exploitant van Polder Wassenaar, faciliteert het onderzoek. Via een hevel kan zoutwater worden ingelaten in de polder. Dat wordt gedoseerd verdeeld over de 17 raceways (waterkanalen), zodat de condities op verschillende dieptes onderzocht kunnen worden. Het eerste onderzoeksjaar stond vooral in het teken van voorproeven doen en ontdekken was er zou kunnen. Onderzoeker Reinier Nauta, zeewierspecialist bij WUR,  blikt terug op de startperiode, waarin flink wat hobbels genomen moesten worden.

Lessons learned:  jaar 1

Nauta: ‘We willen onderzoeken of er een doorkijk in zit naar een economisch potentieel voor het op grote schaal kweken van kokkels, zeewier en garnalen in verzilte kust- en binnendijkse gebieden. Is het technisch mogelijk of helemaal niet interessant om uit te rollen? In het eerste jaar van dit project hebben we de geleerde lessen en inzichten uit eerdere onderzoeken in de polder, door onder meer het NIOZ, meegenomen en de mogelijkheden van de polder onderzocht. Hoe gedraagt en ontwikkelt de polder zich? Sinds de realisatie in 2016 is er best veel veranderd. Er zijn bijvoorbeeld stuwen bijgekomen, de inrichting is minder strak door verzakkingen en er lopen extra pijpen. Ook hebben we extra aanpassingen gedaan, omdat de raceways aanvankelijk zijn ingericht voor de teelt van kokkels en niet van garnalen. We hebben de doorstroom verhoogd, de raceways uitgebaggerd voor een betere bodemkwaliteit en de bodem ingemeten. Wat er dan zou gebeuren, was een van de vragen waar we het antwoord nog niet op hadden. De belangrijkste bron van informatie was vooral kijken naar wat er gebeurt en die kennis meenemen naar een vervolgtraject.’

Uitgangsmateriaal

Uit de eerste metingen was volgens de onderzoeker sprake van een lage biodiversiteit. ‘Wij wijten dat aan een teveel aan zoet water. Sinds het vorige onderzoek in 2020 zijn de raceways niet meer gebruikt en verzoet.’ Een tweede obstakel vormde het gebrek aan uitgangsmateriaal. Vooral de aanvoer van garnalen en kokkels bleek lastig. ‘Door de hitte op het wad was het een moeilijk jaar voor de kokkels en was er weinig jong broed beschikbaar. Ad hoc lukte het af en toe wel en dan moest er snel worden gehandeld om ze levend in de bassins te krijgen. Dat bleek organisatorisch niet altijd mogelijk.’ Ook om voldoende levende garnalen in de polder te krijgen, blijkt een uitdaging. ‘Er bestaat geen goede opslagmethode om de gevangen garnalen in goede conditie over te brengen naar de polder. Ze gaan snel dood. Erik (Moesker, van Aquaponics) werkt nu zelf aan een installatie die het voor garnalenvissers eenvoudiger maakt om kleine garnalen levend bij ons te kunnen aanleveren.’

Zeewier was voor de kweek-kringloop wel beschikbaar (WUR heeft een vergunning om dat te mogen rapen), maar eerst moest worden getest welke soort het meest geschikt zou zijn voor de proeven in de polder. ‘Er is eerder getest met Ulva sp. (zeesla), maar dat bleek niet interessant voor de proeven in de raceways. Nu werken we met knoopwier (Gracilaria sp.). In de afgelopen maanden zagen we een verloop in de raceways: hoe verder we in de polder komen, des te minder groei . Dat geeft een indicatie van de nutriënten in het water. Ik ben ontzettend benieuwd of we dat gaan terugzien bij dezelfde aanpak als we producten combineren. Het zal ook afhangen van de hoeveelheden die we uitzetten. En dat wordt weer een educated guess, want daar is geen informatie over. Dat moeten we zelf uitvinden.’

Terug naar de basis

Een andere geleerde les was de opzet van het experiment. ‘Die was veel te complex om te realiseren. Dus zijn we terug naar de basis: een simplistische opzet van het experiment, zodat we kunnen onderzoek of het überhaupt werkt en of we de gradiënten terugzien die Katja Philippart en Kiki Dethmers van het NIOZ in 2018 tot 2020 al vastgesteld hadden. Ik verwacht dat we de komende tijd vooral meer gaan spelen met de dichtheden van de verschillende componenten. In november 2023 zullen we de laatste metingen verrichten en dan kan alle data geanalyseerd worden. De resultaten gebruiken we voor het nieuwe experiment in 2024. Tot 2025 hebben we de tijd voor dit onderzoek.’

@WUR Marine @SZZ

#marieneaquacultuur #texel #zeewier #schelpdieren #garnalen #aquacultuur #polderwassenaar

Wil je op de hoogte blijven van dit onderzoek? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief