In tegenstelling tot de massale sterfte die in de Waddenzee optrad onder kokkels, lijken de jonge kokkels die zich spontaan in Polder Wassenaar hebben gevestigd slechts beperkt last te hebben gehad van de hitte. Na een visuele inspectie van de raceways op de Texelse proeflocatie afgelopen week bleek het overgrote deel van de kokkels nog in leven. Volgens onderzoeker Reinier Nauta van Wageningen Marine Research (WMR) is dat een positieve indicatie voor de haalbaarheid van kokkelkweek in systemen zoals Polder Wassenaar.
Projectpartner André Seinen van Meromar Seafoods, die zich sinds 2007 bezighoudt met de ontwikkeling van binnendijkse kokkelkweek, spreekt ook van een bijzondere situatie. ‘Het gaat niet om forse aantallen, maar het kokkelbroed in de polder is daar op natuurlijke wijze gekomen en is er blijkbaar ook in staat om de hitte te doorstaan. Er gebeurt iets dat vooralsnog lastig te verklaren is.’
Dat de sterfte samenhangt met hitte, is uit ander onderzoek van WMR gebleken. Of sprake is van een direct of indirect effect, is vooralsnog lastiger vast te stellen. Daarvoor is meer onderzoek nodig. Volgens Nauta zijn aan de visuele constatering in Polder Wassenaar nog geen conclusies te verbinden. ‘We hebben geen voor- en nameting, dus we kunnen er geen harde getallen aan hangen. Het is wel een positieve indicatie dat het mogelijk is om kokkels in binnendijkse gebieden te kweken.’
Integraal kweeksysteem
Nauta is onderzoeker op het gebied van duurzame voedselproductie uit zee bij Wageningen Marine Research en projectleider van een onderzoek naar de ontwikkeling van integrale kweeksystemen van zeewier, kokkels en garnalen in Polder Wassenaar. Voor dit project heeft WMR de krachten gebundeld met ondernemers uit de visserijsector (garnalen en kokkels en producenten van zeewier) en Stichting Zilte Zones die de proeflocatie beheert. Centrale vraag in het onderzoek is onder welke condities binnen één systeem zeewier, kokkels en garnalen op grote schaal gekweekt zouden kunnen worden in verzilte gebieden.
De proeflocatie van Stichting Zilte Zones in het noorden van Texel biedt onderzoekers en ondernemers mogelijkheden via pilotprojecten op zoek te gaan naar de randvoorwaarden voor grootschalige kweek binnen de mariene aquacultuur in Noord-Nederland. Door de toenemende verzilting krijgen ook in deze regio boeren te maken met verzilting, waardoor het lastiger wordt om reguliere gewassen te telen. Mogelijk kan de teelt van bijvoorbeeld kokkels en zeewier boeren in de toekomst een alternatief bieden langs de randen van het Waddengebied.
Daarnaast kan mariene aquacultuur bijdragen aan de gewenste duurzame productie van eiwitrijk voedsel. De Europese Unie wil minder afhankelijk worden van de import van eiwitbronnen en in lijn daarvan heeft Nederland zelf een nationale eiwitstrategie ontwikkeld om de zelfvoorzieningsgraad in de komende jaren flink te vergroten.
Het huidige onderzoek is eerder dit jaar van start gegaan. De raceways die voor de proeven worden gebruikt, zijn in de afgelopen periode uitgebaggerd en ontdaan van een dikke laag slib. Inmiddels is zeewier uitgezet, maar onder meer door het slib en het ontbreken van beschikbaar broed was het nog niet mogelijk om kokkels uit te zetten. Naar verwachting gebeurt dat in oktober, tegelijk met het uitzetten van de garnalen. De proef met de zilte aquacultuur loopt tot 2025 en wordt binnen de Subsidieregeling Duurzame Visserij en Aquacultuur financieel ondersteund door de RVO.